For best experience please turn on javascript and use a modern browser!
You are using a browser that is no longer supported by Microsoft. Please upgrade your browser. The site may not present itself correctly if you continue browsing.

Mike Kelley staat vooral bekend om zijn grote kunstobjecten, maar Verga begon bij een minder belicht gedeelte van zijn werk: zijn vroegste performances. ‘Zijn latere werk is heel bekend, maar de eerste twintig jaar van zijn carrière deed hij vooral veel aan performance art waar vrijwel niets van gedocumenteerd is’, vertelt Verga.

Dat van de performance art uit de jaren ’70 en ’80 vrijwel niet is vastgelegd is niet toevallig. ‘Er was toen een beweging onder de performers dat live kunst niet gedocumenteerd mocht worden’, vertelt Verga. ‘Ze vonden dat het alleen op het moment zelf gezien mocht worden. Er zijn zelfs verhalen over dat ze het materiaal vernielden van mensen die alsnog probeerden te filmen!’

Reconstructie

Zo moest Verga in de eerste fase van haar onderzoek naar reconstructie zelf ook beginnen met reconstrueren. Hiervoor interviewde ze verschillende betrokkenen, zoals de ex-vrouw van Mike Kelley en mensen die over de performance art hadden geschreven en dus in het publiek hadden gezeten. Ook sprak ze met haar co-promotor John C. Welchman, tevens de biograaf van Kelley, over het werk van de artiest.

‘Doordat het zo lang geleden is, wisten de mensen niet meer precies hoe de performances gingen en wat de titel was van wat ze hadden gezien’, zegt de kunsthistoricus. Een echte reconstructie is dus het dus niet geworden, maar Verga kreeg alsnog veel aanvullende informatie uit de interviews. ‘Antwoorden op vragen zoals: gebruikte hij een podium? Gebruikte hij rekwisieten, hoeveel?’

Geheugen als meer dan een opslagplaats

Verga beschouwt in haar proefschrift het geheugen niet als een opslagplaats, maar als een “door culturele stimuli aangezette training in emotionele en verbeeldingsvolle voorstellingen”. ‘De vorming van het geheugen wordt dan ook niet opgevat als een statisch gegeven, maar als een dynamisch proces’, zegt ze.

In het werk van Kelley komt dit terug door het inzetten van repetitieve beelden en handelingen. ‘In zijn performance art gebruikte hij bijvoorbeeld veel contradicties: aan het begin van de voorstelling deed hij een mededeling, en later greep hij hierop terug door hetzelfde te zeggen, maar dan tegenovergesteld. Of hij zei een woord keer op keer opnieuw, maar dan steeds met een andere betekenis.’

Gaten in herinnering

In zijn werk zette Kelley vaak persoonlijke objecten in als rituelen om gedeelde fantasieën en herinneringen te ensceneren, legt Verga uit. Een voorbeeld hiervan is zijn meest bekende werk: Educational Complex (1995), een schaalmodel van alle gebouwen uit Kelley’s eigen schoolperiode.

‘Veel delen van het schaalmodel zijn leeg gelaten’, vertelt Verga. ‘Dit zijn de delen van zijn schooltijd die Kelley zich niet meer kon herinneren.’